Als de warmte uit de lucht is, schakel ik graag over naar het vissen op snoek. De karper heeft met koude temperaturen niet veel eetlust, terwijl de snoek dan juist tot leven lijkt te komen. Deze snoek zal vroeg in het jaar paaien, waardoor er veel prioriteit is om de vetreserves op te bouwen en te behouden, voor de veldslag van de paai. Hoe gezonder je de winter doorkomt, hoe groter de kans op het succesvol voortplanten. Daarbij is de snoek in deze periode ook veel beter vangbaar. En dan niet zozeer omdat ze moeten eten, maar omdat de snoek ook veel compacter op het water vindbaar is. Wanneer je deze plekken weet te vinden, kan je meerdere mooie snoeken per stek vangen. Aan de andere kant kan je ook een hele dag kansloos wachten op een aanbeet. Vandaar ook het spreekwoord: ”snoeken is zoeken”. Om deze plekken te vinden, probeer ik me in te leven in een vis. In deze periode is een prooivis op zoek naar warmte, eten een beschutting van roofdieren. Deze beschutting is soms is getalen, maar obstakels in het water zijn ook ideale plekken om te schuilen. Denk hierbij aan boten, stijgers, bruggen en muren. Door deze stekken één voor één af te vissen kan je de aanwezigheid snel meten. Zo wil het een dag niet lukken op twee eerdere stekken, waar met veel succes snoek werd gevangen. Dat wordt nogmaals verkassen, want wil niet op mijn handen gaan zitten. Door te denken als de aasvis kom ik op het idee om langs een gebouw te vissen, waar al de enkele dagen de zon op schijnt. Hierbij kan ik me indenken dat de stenen van dit gebouw al warmer zijn door het stoken in het gebouw, maar ook de zon op de stenen er nog een schepje bovenop doet. Deze warmte zou vis moeten aantrekken, net als voedsel dat huist in en op de buurt van deze muur. Uit de tacklebox haal ik eerst een peillood om te weten hoe diep het is. Met bijna 1,5m water dat afloopt naar 2,5 meter is dat een prima diepte. Dan snel een dode voorn aan de dreg en op de plaats werpen. Blijkbaar is de voorn te groot, want de dobber zakt naar de bodem. Bij het binnenhalen blijkt echter dat een snoek de voorn al te pakken heeft. En dat zo snel al. De Abu Garcia slip tikt mooi door als de snoek enkele verwoede vluchtpogingen doet. Gelukkig kan ik enkele minuten later het net onder een mooie snoek steken. Snel deze weer te water en zo kan ik gedurende de laatste 1,5 uur van de dag nog 4 snoeken vangen. Dat een beetje indenken en zoeken zo’n verschil kan maken. |
https://www.sportvisgigant.nl/ |